Baby
Het is een bijzonder moment als je vader of moeder bent geworden. De tijd na de bevalling heet de kraamtijd. Als moeder word je goed in de gaten gehouden door de verloskundige, kraamverzorgende of arts. Pasgeboren baby’s hebben de eerste tijd qua voeding niet veel meer nodig dan borstvoeding of flesvoeding. Je baby ontwikkelt zich het eerste jaar razendsnel. Ze leren veel en vinden het bijvoorbeeld leuk om samen met je te spelen. Als ouder ben je veel bezig met opvoeden, het gedrag en het verzorgen van je baby. Je doet de baby in bad, verschoont de luier en probeert de verschillende signalen die je baby geeft te herkennen en te begrijpen.
Plassen en poepen baby
Tijdens de eerste week houdt de kraamverzorgende bij hoe vaak je baby plast of poept.
Urine van je baby
De eerste dagen kan je baby urinekristallen (uraten) uitplassen. Uraten zijn oranje of rood van kleur en je kunt ze zien in de luier. Dit is normaal, je hoeft je er geen zorgen over te maken. Het is geen bloed.
De eerste poep: meconium
De eerste poep van je baby noemen we 'meconium'. De poep is donkergroen of zwart van kleur en plakkerig.
Tip: smeer wat vaseline op de billetjes om aankoeken te voorkomen
Bewaar de luier
Als je je baby verschoont terwijl er geen kraamzorg aanwezig is, bewaar dan de luier. De kraamzorg kan dan later kijken hoe het met de urine en het poepen gaat en dit in het kraamverslag noteren.