Baby
Het is een bijzonder moment als je vader of moeder bent geworden. De tijd na de bevalling heet de kraamtijd. Als moeder word je goed in de gaten gehouden door de verloskundige, kraamverzorgende of arts. Pasgeboren baby’s hebben de eerste tijd qua voeding niet veel meer nodig dan borstvoeding of flesvoeding. Je baby ontwikkelt zich het eerste jaar razendsnel. Ze leren veel en vinden het bijvoorbeeld leuk om samen met je te spelen. Als ouder ben je veel bezig met opvoeden, het gedrag en het verzorgen van je baby. Je doet de baby in bad, verschoont de luier en probeert de verschillende signalen die je baby geeft te herkennen en te begrijpen.
Huilen na het eerste jaar
Als je kind 1 jaar is, huilt het omdat het honger of pijn heeft. Of omdat het verdrietig of bang is. Maar je kind weet ook dat het aandacht krijgt als het huilt. Probeer er achter te komen wat er is. Hierbij helpen de volgende vragen.
- Is er wat aan de hand?
- Is je kind geschrokken?
- Is je kind bang omdat je niet bij hem in de buurt bent?
- Wil je kind contact?
- Is je kind boos?
Als je weet wat er aan de hand is, kun je beter reageren.
Huilen om aandacht
Een baby kan nog niet zo lang zelf bezig zijn. Hij kan gaan huilen omdat hij bij je wil zijn of omdat hij je aandacht wilt hebben. Maak vaak actief contact met je kind op een dag, ook als hij nog niet huilt. Als je pas aandacht geeft wanneer je kind gaat huilen, bestaat de kans dat hij vaker gaat huilen om aandacht van zijn ouders te krijgen. Je ‘beloont’ op deze manier het huilen.
Huilen van schrik
Is je kind geschrokken? Troost je kind dan even. Maar overdrijf niet en blijf zelf rustig. Je kind krijgt anders het gevoel dat er iets heel ergs aan de hand is.
Huilen van angst
Als je kind (vanaf ongeveer 8 maanden) jou uit het oog verliest, is het misschien bang dat je niet meer terugkomt. Dat heeft te maken met zijn ontwikkeling. Je kind leert er op te vertrouwen dat je weer terugkomt. De scheidingsangst wordt dan vanzelf minder.
Zeg altijd waar je naartoe gaat als je even wegloopt, bijvoorbeeld als je in de keuken bezig bent. Laat je stem horen of laat je kind meegaan als het kan. Speel ‘kiekeboe’. Je kind leert dan dat mensen en dingen niet echt weg zijn als het ze niet meer ziet.
Als je kind zijn zin doordrijft
Veel kinderen hebben een periode waarin ze gaan huilen als ze hun zin niet krijgen. Als je dan doet wat je kind wilt, leert je kind dat het huilen een manier is om je zin te krijgen. De volgende keer probeert het opnieuw met huilen zijn zin te krijgen. Reageer juist positief, en geef aandacht als je kind zich goed gedraagt.
Bedenk ook waarom je kind iets zo graag wil en waarom jij het niet wilt. Als het echt belangrijk voor je is, blijf dan resoluut en leidt het kind bijvoorbeeld af terwijl je op een luchtige toon zegt ‘We gaan wat anders doen…’. Het is daarbij belangrijk om je kind wel te troosten en te helpen om de teleurstelling te verwerken dat wat hij wil niet doorgaat. Vanaf ongeveer 1 jaar kun je ook al uitleggen waarom iets niet mag, of juist moet.