Peuter
Peuters ontwikkelen zich razendsnel. Zo gaan ze beseffen dat ze een eigen persoon zijn en kunnen steeds beter praten, denken en onthouden. Als ouder ben je druk met het opvoeden, het gedrag en het verzorgen van je peuter. Je wilt natuurlijk ook dat je kind gezond eet. Maar hoe doe je dat eigenlijk? Je peuter speelt en beweegt graag en gaat regelmatig op ontdekkingstocht. Je wilt natuurlijk dat je kind overal veilig kan gaan en staan. Maar hoe zorg voor je voor een veilige omgeving? Hoe ouder je peuter wordt, hoe dichterbij de basisschool komt. Hoe kies je een juiste school?
Dromen
Je peuter maakt veel mee op een dag en kan daar ’s nachts over gaan dromen.
Je kind moet de ervaringen van overdag in zijn slaap verwerken. Soms wordt je kind wakker van zo’n droom. Als het een enge droom was, kan hij ook bang zijn. Dat kan heel naar zijn om te zien.
Troosten van je kind
Het is belangrijk je kind na een nachtmerrie gerust te stellen. Dit kan op verschillende manieren. Soms is het genoeg je kind in zijn eigen bed te troosten. Soms helpt het bij je kind te blijven tot het weer slaapt. Andere kinderen vinden het prettiger even bij jou in bed te liggen tot ze gekalmeerd zijn en kunnen daarna in hun eigen bed verder slapen. En soms heeft je kind langere tijd nabijheid van jou nodig. Zorg ervoor dat je kind niet gaat denken dat jouw bed veiliger is dan zijn eigen bed. Dan loop je het risico dat je peuter elke nacht bij jou wil slapen. Kijk wat voor jullie als ouders, maar ook voor jullie kind, prettig is. Zodat jullie allemaal wel voldoende kunnen blijven slapen.
Tips
- Neem de nachtmerrie van je kind serieus en begrijp dat dit angstig is voor je kind.
- Praat de volgende dag met je kind over de nare droom. Op deze manier kan die een plek krijgen.
- Probeer samen een andere afloop voor de nachtmerrie te bedenken, die minder eng is.
- Wanneer je kind iets vervelends heeft meegemaakt, dat steeds terug komt in de nachtmerrie, is het belangrijk hier overdag samen over te praten. Ook het maken van een tekening of het naspelen van de situatie kan helpen.
- Praat ook eens over leuke dromen.
- Een troostvoorwerp, zoals een knuffel of doekje, kan je kind helpen bij het inslapen en wanneer het ’s nachts van een nachtmerrie wakker wordt.
- Vertel dat je zelf ook wel eens een nare droom hebt. Zo leert je kind dat dromen heel normaal is en dat het niet de enige is, die nare dromen heeft.
- Als je peuter bang is in de eigen kamer, kijk dan eens goed rond waar het bang van kan zijn. Bewegen er schaduwen van buiten over de muren? Ziet een pop er in het halfdonker misschien eng uit? Die dingen zijn makkelijk op te lossen met een (verduisterings)gordijn of die pop weg te halen.
- De wind kan voor enge geluiden zorgen. Bekijk of je iets tegen die geluiden kunt doen, zoals het plaatsen van een tochtstrip.
- Als je kind slapen in het donker eng vindt, kan een nachtlampje helpen.
- Slaaptekort kan nachtmerries verergeren. Zorg daarom voor voldoende slaap bij je kind, door bijvoorbeeld een vaste slaaptijd en een vast bedritueel.
- Als je peuter slecht (in)slaapt, kunnen deze tips misschien helpen.
Nachtangsten
Nachtmerries zijn iets anders dan nachtangsten. Bij nachtangsten zitten kinderen rechtop in bed en gillen het uit. Ze zijn dan niet wakker. De volgende dag weten ze niet meer wat er ’s nachts is gebeurd.