Iris blogt: Het rugzakje en de druk om te presteren

Helemaal happy fiets ik door het centrum van Heerlen. Een mager zonnetje schijnt op mijn gezicht. Op mijn rug bungelt mijn kleine leren rugzakje. Zo’n rugzakje met handige vakjes en ritsjes, waarin ik alles geordend kan laten verdwijnen. En nog belangrijker, alles er in een mum van tijd weer kan uitvissen zonder lang te graaien en te grabbelen.

De sluiting van mijn rugzakje was stuk en ik had hem naar de schoenmaker gebracht. De goede man keek bedenkelijk en zei dat hij een poging zou wagen om het ding te repareren. Ik moest er niet te veel van verwachten. Mijn vertrouwen in deze schoenmaker is groot. Hij repareert niet alleen al onze schoenen, maar zorgt er ook voor dat mijn rechterschoen altijd perfect en onzichtbaar anderhalve centimeter hoger is dan de linker. Hij is een echte vakman.

Ook dit klusje klaart hij. De sluiting doet het weer en ik ben blij. Mijn gedachten buitelen tijdens het fietsen over elkaar heen en dan realiseer ik mij met een schok dat de goede man toch zeker net zo oud is als ik, zo niet wat jaartjes ouder. Hoelang blijft hij nog aan het werk? Wanneer gaat hij terecht met pensioen? Wie wordt dan mijn schoenen- en tassenheld?

Vakmensen zijn steeds moeilijker te vinden. Vraag aan kinderen wat ze later willen worden en je hoort vaak: voetballer, architect, ICT’er, gamer, vlogger, dokter of ‘iets’ in de mode, ‘iets’ in de muziek. Schoenmaker of timmerman hoor je niet, net zomin als loodgieter, dakdekker of elektricien.

In het onderwijs ligt de nadruk nog steeds op leren, op theoretische kennis vergaren. De druk om iets te worden waarmee je aanzien hebt en veel geld verdient, de druk om te presteren, is tegenwoordig erg hoog.

Die druk begint al in groep 1 en 2. Als ik de verhalen van onze twee jongste kleinkinderen hoor, maak ik me wel eens zorgen en vraag ik me af of al dat presteren nu al nodig is. Zo snel al beginnen met geletterdheid, zoals dat dan heet. Het maken van toetsen, wel op een speelse manier, maar ze worden toch echt getest en beoordeeld. Ze zijn 4 en 5 en kijken in de klas naar het schooljournaal en denken op hun manier na over wat daar allemaal aan bod komt.

Natuurlijk moeten we niet wegkijken en is dit de wereld waarin zij leven. Maar waar is de tijd van kabouters op een paddenstoel, je verwonderen over vlinders die fladderen en de kleuren van een regenboog?

Steeds meer jongeren lopen vast, krijgen depressieve klachten of een burn-out. En niet alleen zij, ook voor leerkrachten is de druk vaak erg hoog. Zij moeten een ‘kwaliteitsproduct’ afleveren. Regelmatig staan er ouders voor hun neus die willen dat het beste uit hun kind wordt gehaald en die het soms lastig vinden om te horen dat dit ‘beste’ niet is wat zij als ouders in gedachten hadden.

Niet eruit halen wat erin zit,
maar ruimte bieden om eruit te laten komen wat erin zit.

IRIS

‘Je moet eruit halen wat erin zit’ is een kreet die je vaak hoort, bij ouders en bij leerkrachten. Ik zou het anders willen: Niet eruit halen wat erin zit, maar ruimte bieden om eruit te laten komen wat erin zit. Uitgaan van het kind zelf. Niet halen, niet trekken of duwen. Bied ruimte om te onderzoeken, fouten te maken en deze zelf op te lossen. Ruimte om te ontdekken wat een kind leuk vindt en waar het goed in is. Zo krijgen we krachtige mensen die leven en werken vanuit hun talent. Met een rugzakje vol kennis en kunde die bij ze past.

Wie weet zit er dan ook een vakkundige schoenmaker (en rugzakmaker) voor mij bij.