Puber
Je puber ontwikkelt zich snel op allerlei gebieden, zoals lichamelijk, seksueel en sociaal-emotioneel. Als ouder ben je druk met het opvoeden, het (opstandige) gedrag, het mediagedrag en de gezondheid van je puber. Je wilt natuurlijk ook dat je kind gezond eet. Maar hoe doe je dat eigenlijk? Vrije tijd vinden pubers belangrijk. Ze trekken er graag met vrienden op uit. Ze gaan ook steeds meer ontdekken en experimenteren, zoals drank, drugs en roken. Hoe ga je er als ouder mee om als je puber met deze genotmiddelen in aanraking komt? Je puber zit op de middelbare school, maar kiest straks een vervolgstudie. Misschien wil je puber ook wel een baantje om extra geld te verdienen. Hoe kun je je kind hierin steunen en begeleiden?
Dysfasie
De meeste kinderen leren goed praten. Ieder kind in het eigen tempo. Soms heeft een kind een probleem in het taalsysteem. Dit kan dysfasie zijn.
Dysfasie is een neurologische stoornis in de spraak-taalontwikkeling: het kind begrijpt meestal veel meer van wat anderen zeggen dan het zelf kan zeggen. Dysfasie komt best vaak voor, ook de ernstige vormen.
Kenmerken van dysfasie
- Een kind met dysfasie begrijpt anderen wel, maar praat zelf erg weinig of erg slecht. Het kind moet zoeken naar de juiste woorden en zegt dan net iets anders dan het had bedoeld.
- Het uitdrukken van gedachten en gevoelens gaat moeizaam.
- Een duidelijk verhaal vertellen is lastig. Het kind springt van het ene onderwerp ineens over naar het andere onderwerp.
- Een gesprek met een ander voeren of rechtstreekse vragen beantwoorden is moeilijk. Het kind vertelt liever iets uit zichzelf. Vaak gaat het praten in een spontane situatie veel beter dan wanneer er rechtstreeks iets wordt gevraagd.
- Sommige kinderen met dysfasie zijn moeilijk te verstaan.
- En veel kinderen met dysfasie hebben ook problemen met bewegen (motorische problemen).
Het is belangrijk om kinderen met dysfasie op hun leeftijdsniveau aan te spreken. Ze begrijpen wel wat je zegt.
Heeft je kind dysfasie?
Maak je je zorgen over de taalontwikkeling van je kind? Praat er eens over met de leerkracht. Of bespreek het met de huisarts of met de jeugdarts van de jeugdgezondheidszorg. Indien nodig word je verwezen naar een audiologisch centrum en naar een logopedist.
Een professional kan jou en je kind ondersteunen bij het communiceren. De dysfasie gaat daarmee niet over, maar er zijn wel manieren om ervoor te zorgen dat je kind zich zo goed mogelijk kan ontwikkelen. Goede begeleiding is dus belangrijk.